Het is 1 april 1995. Met elkaar hebben we hard gewerkt om een nieuw ERP systeem (computerprogramma) in te richten.
De introductie is al 3 maanden uitgesteld. Alles is gecontroleerd, er zijn demo's geweest.
Nu nog de puntjes op de i, de stamgegevens moeten nog worden overgezet.

Alle vertegenwoordigers (dat zijn nu account managers) zijn aanwezig om hun steentje bij te dragen. Vol zelfvertrouwen zitten ze achter de terminals, het toetsenbord gereed.

En dan, op het ultieme moment: de computers geven geen beeld. Wat is er aan de hand?
Contact met het hoofdkantoor waar de nieuwe apparatuur staat, zij hebben geen idee.
Maar wacht, we hebben een projectleider. Hij is er dikwijls bij geweest om te helpen het proces in goede banen te leiden.
Hij is er voor ons.
Ik bel hem vlug op: "Albert, we hebben een probleem, er moet snel iets gebeuren".
Albert reageert laconiek, "Jammer dan, maar ik heb geen tijd."
Daar zitten we dan met z'n allen.
Op dat moment ontplof ik (bijna) Ik schreeuw door de telefoon: Hierheen komen, nu direct! Je hebt een auto, spring erin en op volle snelheid hier naar toe!!

Later, tijdens etentjes met relaties blijkt dit verhaal uitgegroeid te zijn tot één van de standaardanekdotes.

"Ik hoorde Johan zelfs aan het eind van de gang nog te keer gaan."

 Verbazing en ongeloof maken plaats voor bewondering.